Afgelopen zaterdag werd de 14e Jean Nelissen Classic verreden vanuit Vianden in Luxemburg. Onze toerclub was alweer voor de zesde keer present in het groothertogdom.

Op vrijdagmiddag werd al even geproefd van de bergjes, waarbij Marco al bijna niet te houden was, zo graag wilde hij de Mont Saint Nicolas beklimmen. Simon en Jacco waren iets later en besloten samen een kort rondje te doen om de nieuwe pion en ketting van Simon te testen. Ondanks het feit dat Jacco vast van plan was geen energie te verspillen deze dag, werd toch de Mont Saint Nicolas even beklommen en afgedaald. Het materiaal hield zich gelukkig goed.

’s Avonds werd genoten van een pasta-buffet in hotel Belle-Vue, de koolhydraten werden flink gestapeld en alcohol werd vermeden. Alles in het kader van de te leveren prestatie de dag erna.

Op zaterdag startten drie man voor de 220 km, de rest startte gezamenlijk iets later om na 120 kilometers te beslissen welke afstand zou worden afgelegd, 140 of 180 km. De weg was een ietsje nat maar dat mocht geen naam hebben, gelukkig bleef het van bovenaf droog. De eerste klim, de achterzijde van de Saint Nicolas, komt altijd te snel voor velen. De spieren zijn nog amper warm of er moet al flink gewerkt worden. Maar niet alleen de spieren krijgen het te verduren, ook andere lichaamsdelen willen niet altijd meewerken tijdens zo’n eerste klim. Dat echter de eigen longen werden verwenst was wel een primeur die Simon op zijn naam mocht schrijven.

Na deze klim is het altijd aanlokkelijk rechtdoor te rijden naar het dorpje Putscheid, om zo de Cote de Putscheid te ontwijken, maar dat zou toch wel in de gaten lopen zo aan het begin. De wens is de vader van de gedachte en zo werd Daan voorgespiegeld dat het stijgingspercentage van deze klim niet veel meer bedraagt dan 6%. Slechte ervaringen vergeet je sneller dan goede zullen we maar zeggen. Na deze klim volgden vele andere klimmetjes waarvan de naam me ontschoten is. Een vaste pikorde vormde zich met voorop “King of the Mountain” Daan. Jacco vond het moeilijk om Marco voor zich te dulden en probeerde hem af en toe uit de tent te lokken. Gevolg was dat hij zelf het onderspit moest delven. Na 50 km volgt een verassing, want de splitsing van de 140- en 180 groep was nog niet voorzien. Wim volgde plichtsgetrouw de bordjes met 140 km, waar de anderen voor 180 kozen. Bij de eerste stop bleek zijn ongelijk, want hij kreeg als tussendoortje de Muur van Clervaux voorgeschoteld. Daar zat hij nou echt op te wachten.

Direct na de stop begon het om 11 uur te miezeren, waardoor het in de afdalingen oppassen werd. Na nog wat klimwerk informeerden de dames telefonisch waar men bleef. Ze zaten met smart op de heren te wachten bij de tweede tussenstop, maar we lagen iets achter op schema. Na aankomst bij de tussenstop bleek de 220-km groep ons op de hielen gezeten te hebben. Hoewel het was gestopt met regenen stonden de gezichten op onweer. Het uit-de-tent-lokken blijkt niet altijd goed uit te werken. Ook Wim werd nu verwelkomd, waarna het spul in drie groepjes verder ging. Na 120 km bleek de derailleur van Marco kuren te vertonen. Een snelle inspectie leerde dat de ketting niet helemaal lekker draaide en behoefte had aan olie. Zonnebrandolie is geen goede oplossing voor dit defect. De derailleur vind dat niet fijn. En besluit in het wiel te verdwijnen. Einde oefening voor Marco. Hans krijgt een heldere ingeving en besluit in de consternatie (erg sneaky) bij de voorbijkomende Wim aan te sluiten. De rest van het spul gaat zonder Marco verder.

Een erg mooie lus volgt in het Noordelijk deel van Luxemburg. Daan rijdt nog twee maal lek en bij de laatste tussenstop horen we dat iemand er een eind aan wil maken. Nou is 180 km best een eind maar dat lijkt een wat overdreven reactie. Gelukkig werd deze persoon ’s avonds ongeschonden in het nachtleven van Vianden gesignaleerd. Na 170 km werd volop gediscussieerd of fietsen wel een leuke hobby is. Hadden we op dat moment gestemd dan was de eerste bridgeclub van Tholen een feit geweest. Of klaverjasclub. Of allesbehalvefietsenclub. Gelukkig werden de laatste restjes moed bijeen geveegd, zodat we ogenschijnlijk fit op de camping aankwamen.

Het vlees van Jumbo kan uitstekend ingevrozen worden en het smaakt nog beter met een potje bier, zo bleek. En het bleef nog lang onrustig in Vianden.